Partneralimentatie na 12 jaar?

15-03-2018

Verlenging van partneralimentatie na 12 jaar, kan dat?

In de meeste gevallen stelt de rechter tijdens een echtscheidingsprocedure geen termijn vast voor de duur van de partneralimentatie. De verplichting om partneralimentatie te betalen, eindigt dan van rechtswege na 12 jaar, onder de voorwaarde dat het het huwelijk langer heeft geduurd dan 5 jaar en er geen kinderen zijn geboren. Die termijn van 12 jaar begint op de dag waarop de echtscheidingsbeschikking wordt ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand.

De gedachte achter deze beperking van de alimentatieverplichting is dat er na afloop van deze termijn geen aan het huwelijk gerelateerde behoefte aan een bijdrage in de kosten van het levensonderhoud van de alimentatiegerechtigde meer bestaat. In een periode van 12 jaar is er voor een alimentatiegerechtigde voldoende gelegenheid om zich voor te bereiden op het weer zelf kunnen voorzien in de kosten van het eigen levensonderhoud.

De wet geeft art. 1: 157 BW lid 5 de mogelijkheid om na het verstrijken van de termijn van 12 jaar de rechter te vragen om die termijn te verlengen. Dit moet gebeuren uiterlijk binnen drie maanden na het verstrijken van de termijn van 12 jaar.

Een dergelijk verzoek is mogelijk als een handhaving van de termijn van 12 jaar zo ingrijpend is voor diegene die alimentatie ontvangt, dat dit naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet kan worden gevergd.

De rechter stelt zware eisen aan een dergelijk verzoek. Een verzoek tot verlenging wordt niet zomaar toegewezen. De rechter zal moeten onderzoeken wat de alimentatieplichtige allemaal heeft gedaan om zelf in twaalf jaar een eigen inkomen te verwerven. Daarbij wordt uitdrukkelijk gekeken naar de leeftijd, gezondheid, arbeidsverleden en achtergrond van de alimentatiegerechtigde.

Ondanks de zware eisen zijn er dus situaties denkbaar waarin een rechtbank het rechtvaardig vindt dat er een verlenging van de termijn van 12 jaar plaatsvindt. De vraag die in de kop van dit stuk wordt gesteld kan dus met ja worden beantwoord.